top of page

Tips om de les WO boeiend te maken:

  1. Multiperspectief
    Hieronder verstaan we dat de les WO moet bestaan uit de verschillende leerdomeinen die je kan vinden in het leerplan WO. Dit houdt in dat de leerlingen veelzijding op de wereld georiënteerd worden. Ze moeten vanuit verschillende invalshoeken naar de wereld kunnen kijken.
    Voorbeeld: De les van de kip in WO1 waarbij we keken hoe de kip leefde in de natuur, hoe ze opgebouwd was, hoe ze zich voortplantte, enz...

     

  2. Vooral thematisch en soms cursorisch onderwijs

    Thematisch onderwijs houdt in dat er geen aparte vakken ontstaan binnen het vak WO, want in de lagere school werken we niet met natuurkunde, aardrijkskunde, geschiedenis en dergelijke (cursorisch onderwijs). Wel werken we met onderwerpen die we vanuit het principe van multiperspectiviteit benaderen.
    Toch opteren we soms voor een cursorische aanpak, omdat we niet van de leerlingen kunnen verwachten dat ze uit zichzelf moeilijke lesinhouden zoals kaartlezen beheersen. Zoiets moet aangeleerd worden in een specifieke les.

     

  3. Didactische principes

    Vanuit de didactische principes zijn er zeven didactische pijlers afgeleid.

- Werkelijkheidsnabij: De inhoud die wordt aangeboden moet zich in de leefwereld van de leerlingen bevinden. Ze
  moeten zich kunnen inleven in de onderwerpen.
- Leerlingenactiviteit: De leerlingen moeten tijdens de lessen een actieve bijdrage leveren voor maximale
  inprenting. Zo'n bijdrage kan zowel mentaal als fysiek. De leerkracht zorgt ervoor dat de lessen ervaringsgericht
  worden opgesteld.
- Leerlingeninitiatief: Wanneer leerlingen inspraak hebben in de les, zullen ze ook makkelijker tot leren komen en
  zal de motivatie beduidend hoger zijn.
- Positief en motiverend klasklimaat:  Betrokkenheid, welbevinden en verbondenheid moeten voor deze pijler hoog
  liggen. Wanneer deze goed zijn, zal ook de motivatie verhogen.
- Differentiatie: De lesinhouden moeten worden afgesteld op het niveau van elk specifiek kind. Als we buiten de zone
  van de naaste ontwikkeling werken zal de betrokkenheid dalen.
- Herhaling en geleidelijkheid: Hierbij moeten de lessen op elkaar volgen. De reeds verworven kennis dient hierbij als
  kapstok om de nieuwe kennis aan te de hangen. Losstaande lessen hebben geen waarde.
- Zin- en waardevol: De lessen moeten plaatvinden in een wereld die zin heeft en belang hecht aan waarden. Als
  leerkracht moet je de leerlingen dan ook in je lessen de normen en waarden bijbrengen.

 

  • Zoek 3 elementen uit het uit het doorlichtingsverslag van je stageschool waaraan jij kan werken tijdens de lessen WO. Toon aan dat je hieraan gewerkt hebt tijdens de stage

     

 

 

 

Het opvolgingsverslag van de Vrije Lagere School Groenendaal is een opvolgingsdoorlichting. Het vorige verslag kunnen we niet meer opvragen.

Er zijn nog 3 punten waar de school verder aan zal moeten werken.

Voor wereldoriëntatie is vooral dit van belang:

 

 

  • Voor wereldoriëntatie investeerde de school sterk in het uitwerken van een aanbod voor alle leerplandoelen. Op schoolniveau worden wijzigingen in het aanbod consequent in kaart gebracht en wordt de volledigheid van het aanbod bewaakt.

    Voor de concrete praktijk baseren leraren zich op een relatief vast pakket van materialen zoals werkbladen en ondersteunende leermiddelen. Dat pakket wordt geleidelijk aan verrijkt met of vervangen door actieve werkvormen en andere materialen. Leraren worden gestimuleerd om variatie te brengen in de gebruikte werk- en organisatievormen en om aan te sluiten bij de leef- en belevingswereld van de leerlingen. In de meeste leerjaren komt dit ook tot uiting en krijgen kinderen in de lessen wereldoriëntatie meer en meer kansen om vaardigheden vervat in de leergebied- overschrijdende doelen sociale vaardigheden en ICT te verwerven. Er zijn nog verschillen, onder meer in de mate waarin actieve werkvormen volwaardige leermomenten zijn en in de plaats die de leefwereld en het initiatief van de kinderen krijgen.

  • Hoewel de leerplandoelen per leerjaar voor elk thema zijn geïnventariseerd, sturen ze de concrete praktijk minder aan dan voor muzische vorming. Waar de leerplandoelen van wereldoriëntatie de klemtoon leggen op het verwerven van inzichten, vaardigheden en attitudes, staat in sommige groepen in een aantal werkbladen het memoriseren van feitenkennis of het verwerven van woordenschat voorop. Ook voor de uitwerking van de evaluatie wordt algemeen nog weinig vertrokken van de vooropgestelde leerplandoelen en worden de verwachtingen van het leerplan nog niet volledig gerealiseerd.
    De school is alert voor ontwikkelingen en verwachtingen zoals de nieuwe eindtermen en leerplandoelen voor de domeinen natuur en techniek. Ze creëert tijd en ruimte op overlegmomenten om met leraren de nieuwe doelen te verkennen en teamleden zijn bereid om aan de verwachtingen te voldoen. Techniek krijgt momenteel nog een beperkte invulling en het is voor teamleden niet vanzelfsprekend om de leerplandoelen correct en conform de visie van dit leergebied te vertalen in concrete activiteiten.
    Teamleden zijn zich bewust van de verwachting van het leerplan om de werkelijkheid vanuit de verschillende bestaansdimensies te benaderen en realiseren dit gedeeltelijk. Voor een aantal traditionele, jaargebonden thema’s in enkele leergroepen is een benadering vanuit verschillende dimensies moeilijk. Onder meer hierdoor worden leerinhouden op het gebied van tijd en ruimte geïsoleerd aangeboden en worden er kansen gemist om dergelijke inzichten en vaardigheden in verschillende contexten en situaties te verwerven en te oefenen.

 

 

 

 

  • Twitter Clean
  • w-facebook
  • w-googleplus
bottom of page